Op het westelijkste puntje van Bretagne ligt het departement dat volgens de Fransen echt het einde van de wereld is. Finistère betekent dan ook einde (finis) van het land (tère). Zo voelt het ook als je wandelt langs de kliffen van Pointe du Raz. Daarnaast kom je tijdens een vakantie in Finistère alles te weten over de lokale geschiedenis. Zoals in Quimper. Deze stad herbergt een immense gotische kathedraal en vele vakwerkhuizen.
Op weg naar het departement Finistère rijd je door het steeds ruigere landschap van Bretagne. Hoe dichter je bij de Atlantische Oceaan komt, des te grilliger de Noord-Franse kust. Dan verschijnt er een gotische torenspits in de verte: de kerk van Saint Nic. Deze badplaats is je tweede thuis tijdens een vakantie in Finistère. Hier ligt de 4 sterren camping van TUI, pal aan Pentrez Plage. Dit brede zandstrand leent zich prima voor strandwandelingen, vliegeren en zwemmen natuurlijk! Maar daarvoor kun je ook terecht in het aquapark op de camping. Een plek waar je misschien juist liever niet wilt zwemmen is Pointe du Raz. Het is de meest westelijke kaap van Frankrijk. Je bereikt hem in een uurtje met de auto. Via een klifpad kun je langs de ruige kust wandelen. Zeventig meter onder je beuken de Atlantische golven tegen de rotsen. En dat uitzicht, simpelweg fenomenaal!
De geschiedenis komt tijdens een vakantie in Finistère tot leven in Quimper, de hoofdstad van het departement. Vanaf Saint Nic bereik je de stad na circa 45 minuten rijden. Blikvanger van het historische centrum is de kathedraal van Saint Corentin. De twee immense gotische torens steken overal bovenuit. Gedurende 3 eeuwen is er steeds verder gebouwd aan de kerk, die fraaie gedetailleerde glas-in-lood ramen heeft. Vanaf het plein voor de kathedraal loop je de tegenover gelegen Rue Kéréon in. De gekleurde vakwerkhuizen geven dit geplaveide winkelstraatje een authentiek uiterlijk. Als je trek hebt is dit de plek om in een crêperie een crêpe te eten. Die schijnen hier namelijk het lekkerst van heel Bretagne te zijn! Vanwege de calorieën hoef je het niet te laten, want die verbrand je toch wel als je verder wandelt langs de rivier de Odet.