Het land van de rum en reggae is absoluut één van de mooiste eilanden in het Caribische gebied. Dit veelbezongen 'Island in the Sun' werd oorspronkelijk bewoond door de Arawak Indianen, die het Xaymaca (letterlijke vertaling: land van woud en water) noemden. Later is dit verbasterd tot de naam die iedereen kent: Jamaica
De officiële taal van Jamaica is Engels. De meerderheid van de bevolking spreekt echter het Jamaicaanse Patois, een Creoolse taal. Het Patois is ontstaan doordat mensen vanuit verschillende delen van de wereld met uiteenlopende moedertalen met elkaar moesten kunnen communiceren. Circa 65,3% van de Jamaicaanse bevolking is christelijk. Hiervan behoort het grootste gedeelte tot de Anglicaanse kerk. Daarnaast kent het eiland ontelbaar veel protestante kerkgenootschappen en evangelische bewegingen. Het geloof wordt op Jamaica op een zeer intense, maar in het dagelijks leven vaak bijzonder vrijzinnige, wijze beleefd. De grootste niet-christelijke religie is de rastafaribeweging. Ook andere religies zoals bahai, boeddhisme en islam hebben op het eiland volgelingen.
Jamaica eigen keuken bestaat uit een samensmelting van verschillende ethnische traditionele gerechten van Arawak-Indiaanse, Spaanse, Afrikaanse, Chineese, Britse en Arabische afkomst. Als je goed proeft, zijn ze allemaal terug te vinden op je bord! Een typisch Jamaicaans ontbijt is ackee, een fruitsoort die wanneer hij gekookt wordt, nog het meest op roerei lijkt (maar met een fruitige smaakje). Tijdens het middaguur bestaat de lunch meestal uit een licht hapje van vlees of een groentetaart. Het avondeten bestaat over het algemeen uit geiten- of varkensvlees geserveerd met rijst en bonen. Visgerechten zijn ook populair op de menukaart. Deze gerechten komen meestal gebakken met pepers en ui. Thee is de algemene naam in Jamaica voor een heet drankje en kan soms gemaakt zijn van alleen kruiden, maar je kunt er ook rum, melk, specerijen en soms zelfs vis in hebben drijven! Bier en rum zijn de meest gedronken dranken
Hanover is een gemeente in het noordwesten van het eiland Jamaica. Het is een deel van de provincie Cornwall. Het is na Kingston de kleinste gemeente van het eiland.
Het eiland werd rond 650 in bezit genomen door de Taínos en Arawaks uit Zuid-Amerika die het eiland Xaymaca noemden: Land van hout en water. Rond 1400 kwamen de Cariben, een kannibalistische stam uit Zuid-Amerika, het vredige bestaan van de Arawaks verstoren. In 1494 werd het eiland ontdekt door Christoffel Columbus die het tot 1509 als privé-eiland gebruikte waarna de Spanjaarden het eiland Santiago noemden en er vanaf 1517 Afrikaanse slaven lieten komen. De Arawaks werden uitgeroeid door een combinatie van besmettelijke ziektes, slavernij en oorlog. In de Spaanse tijd woonden er niet meer dan ongeveer 2000 mensen op het eiland, waarvan de helft Spanjaarden. Deze hielden zich voornamelijk bezig met landbouw en veeteelt voor export naar Spanje en Cuba.